Afrikaanse Dwerggeit
Capra aegagrus hircus

West African Dwarf goat

Zwergziege

Chèvre naine d’Afrique de l’Ouest
Eigenwijs
De dwerggeit ook wel de West-Afrikaanse dwerggeit komt oorspronkelijk voor in Midden-, Westen Oost-Afrika, maar de West-Afrikaanse dwerggeit is daarvan de meest bekende. In Afrika wordt deze geit gehouden voor zijn huid en vlees. Daar is hij ook groter en dikker. Het ras werd overgebracht naar Europa en Noord-Amerika waar de soort erg populair is vanwege zijn geringe omvang. Hier wordt de dwerggeit vooral op die eigenschap gefokt. Hij is daardoor al op een klein stukje land of in een ruime tuin te houden. Dwerggeiten zijn echte kuddedieren, die niet graag alleen zijn. Dwerggeiten zijn sociaal, aanhankelijk en speels en daarmee favoriete dieren voor kinderboerderijen, hertenkampen en dierentuinen.
Als huisdier is de geit door de mens in alle werelddelen ingevoerd, behalve op de poolgebieden.
Wereldwijd zouden er ongeveer 450 miljoen geiten zijn, verdeeld over een tweehonderdtal verschillende rassen. In hun oorspronkelijke, droge leefgebieden werden ze hoofdzakelijk gehouden voor het vlees en de huiden. Later ontdekte men in Europa dat de geit in staat is om grote hoeveelheden melk te produceren. Voor mensen die allergisch zijn voor koeienmelk is geitenmelk meestal een goede vervanger. De melk bevat ongeveer hetzelfde vet- en eiwitgehalte als koeienmelk. Geitenmelk is lichter verteerbaar. Een geit geeft gemiddeld drie liter melk per dag. Slechts een beperkt aantal rassen wordt voor de wol gehouden, de bekendste is de angorageit.
De wilde geit wordt als bedreigd gezien. De dwerggeit die wij kennen wordt niet bedreigd


40-50cm hoog

25-50 kg

1-3 jongen

Tot 20 jaar

Grassen bladeren en struikgewassen

IUCN RODE LIJST
Het IUCN (International Union for Conservation of Nature) is een organisatie die ieder jaar een lijst opstelt van bedreigde diersoorten, de zgn. IUCN Red List. De Rode Lijst geeft aan welke soorten het meest behoefte hebben aan bescherming en is daarmee een belangrijk instrument bij het vaststellen van beschermingsprioriteiten. Je zou kunnen zeggen dat de IUCN Red List een soort AEX-index is voor de biodiversiteit.